In LIA 154 heb ik eerder aandacht besteed aan Dropbox. Wie er niet mee bekend is, kan via de volgende link [http://www.zininschool.info/index.php/nieuw/artikel/minder-kopzorgen-met-dropbox] informatie over het gebruik ervan opdoen. Op de webstek van Mindshift werd aandacht besteed aan het gebruik ervan in het onderwijs. Ik citeer:
“Dropbox kan een goed gereedschap zijn voor leraren en leerlingen. Je kunt het gebruiken om kopieën van handouts op te slaan, presentaties te distribueren en als een manier voor leerlingen om huiswerkopdrachten in te leveren. Vergeleken met e-mail is het een gemakkelijke manier om huiswerk te droppen en het moment van inleveren wordt eveneens geregistreerd.
Dropbox kan ook een handig gereedschap zijn om de projecten en presentaties van leerlingen te hanteren. Leerlingen kunnen de visuele onderdelen van klaspresentaties inleveren en het is gemakkelijk voor de leraar om te bepalen of leerlingen een gegeven onderdeel van een project- of presentatieopdracht hebben voltooid. Het allerbeste: aangezien alle presentaties op dezelfde virtuele plaats zijn ingeleverd, kan iedere leerling toegang tot zijn of haar presentatie hebben via een inlogcode, wat een behoorlijke tijdwinst oplevert als je in 50 minuten door een aantal presentaties heen moet banjeren.
Leerlingen kunnen DropBox gebruiken op hun mobeltje om handouts te lezen, wat papierbesparend is. En ze kunnen hun bestanden net als jij synchroniseren op verschillende computers buiten de school.”
Wie een gratis account wil regelen, kan dat via http://db.tt/3RJNbChB .
Categoriearchief: ict
Behoefte aan een multimediale presentatie?
Wie de moeite heeft genomen om onze projecten te bekijken, die we op de webstek hebben geplaatst, ziet bij het openen van een project onderaan de tekst ‘Powered by Uniflip’ staan.
We hebben voor deze oplossing gekozen omdat er duidelijke voordelen aan verbonden zijn. De mensen van Uniflip zorgen er voor dat een bestand dat hun software tot uniflippublicatie omvormt, vervolgens te lezen is op allerlei apparatuur. Wie een Ipad heeft, kan geen Flashbestanden lezen, want Apple heeft voor de tablets voor HTLM5 gekozen.
Dat is vervelend, want je wilt een document in deze moderne wereld overal en op ieder tijdstip tot je kunnen nemen. Als je bestand een flashdocument is, moet je je Ipad met rust laten en wachten tot je thuis bent, waar je wel Flashbestanden op je thuiscomputer kunt lezen. Uniflip maakt het allemaal gemakkelijker, want in een uniflipdocument zit een slimmigheid ingebouwd die ervoor zorgt dat het juiste bestandsformaat voor je leesapparaat gekozen wordt. Bij de Ipad een html5-versie, bij andere de flashversie.
Elke e-publicatie is mogelijk
Kan op ieder platform gelezen worden
Kan gedownload worden voor verdere verspreiding via mail, cd etc.
Wie geen downloads wil toestaan, kan ook kiezen voor alleen lezen.
[Wie het naadje van de kous wil weten: http://www.uniflip.com]
Waarom dit verhaal? Bij het op het plaatsen van onze projecten op het web heb ik bij Uniflip een bulk aan licenties afgenomen, omdat die goedkoper zijn dan enkele licenties.
Wie een licentie koopt, betaalt 79 dollar, wie er veertig aanschaft betaalt 39 dollar per licentie. Helaas zijn de in bulk aangeschafte licenties twee jaar geldig en vervallen dan. Ik heb nog een setje licenties over en bied ze aan aan collega’s die een digitale publicatie op prijs stellen. Het kan daarbij gaan om een brochure, die voor leerlingen publiek toegankelijk moet zijn, maar waarbij het in grotere getale aanschaffen een kostbare zaak kan worden.
Docenten hebben mogelijk extra lesmateriaal, dat ze op een gemakkelijke manier ter beschikking willen stellen, een eigen lesmethode, die ze graag gedigitaliseerd zien.
Het kan ook gaan om andere schriftelijke uitingen, zoals een vakwerkplan, dat een grotere verspreiding nodig. In de e-publicatie kunnen ook links opgenomen worden, naar andere pagina’s, maar ook naar webadressen. Verder kan een publicatie ook video’s invoegen, zoals een youtubefilm, evenals flashanimaties en zelfs achtergrondmuziek is mogelijk.
De omrekenprijs van 39 dollar komt neer op 31 euro, helaas zonder btw.
Wie behoefte heeft aan een dergelijke publicatie kan contact met me opnemen via een mailtje en daarin zijn wensen kenbaar maken.
Een fake Facebook
Collega Joost de Wild is afgelopen jaar aan de slag gegaan met de nieuwe media. Hoe kan ik leerlingen ertoe brengen het materiaal dat we hen aanreiken zo actief mogelijk te gebruiken, was zijn didactische vraag. Hij verkende Hyves, maar merkte dat men daar niet zat te wachten op educatieve accounts. Zijn zoektocht door het oerwoud, dat het world wide web is, bracht hem tot een webstek, die je de mogelijkheid biedt een surrogaat facebookaccount op te zetten.
De leerlingen kregen de opdracht om een Mozesaccount aan te maken, zodat zij aan de slag konden om het materiaal dat ze aangeboden krijgen in Te Denken Geven 2 onderbouw in facebookformaat te verwerken.
De opdracht luidde als volgt:
We zijn de afgelopen lessen bezig geweest met het leven van Mozes, jullie hebben een film gezien over zijn leven en hebben daar aantekeningen bij gemaakt. Deze aantekeningen hebben jullie nodig voor de afsluitende opdracht bij Grondleggers: Mozes
Afsluitende opdracht
In de tijd van Mozes hadden ze nog geen computers en televisies. Laat staan dat iedereen een Hyves- of Facebook-profiel had en een Twitter account. Voor de afsluitende opdracht gaan we daar toch iets mee doen.
Wat is de bedoeling? Jullie gaan in tweetallen een facebookprofiel voor Mozes maken en vormgeven.
Stel je voor dat ze in de tijd van Mozes wel Facebook hadden, hoe zou zijn profiel er dan uit hebben gezien en wat zou hij er op gepost hebben? Hier gaan jullie mee aan de slag.
De berichten die jullie op de namaakfacebookpagina gaan plaatsen komen van de aantekeningen die jullie bij de vorige opdracht gemaakt hebben. Probeer ze wel zo aan te passen dat het op een echt facebookbericht lijkt. Denk ook goed na in welke tijdsvolgorde jullie ze plaatsen, ze moeten wel kloppen met de manier waarop alles gebeurd is.
De komende twee lessen krijgen jullie de tijd om een profiel aan te maken en daarbij moet je op de volgende zaken letten:
De profielgegevens moeten allemaal met Mozes te maken hebben (dus hoe zou Mozes deze gegevens invullen)
Zorg ook voor foto’s en afbeeldingen die met Mozes te maken hebben
De inhoud moet bestaan uit een aantal berichten waarin Mozes aan zijn vrienden wil laten weten wat hij doet (de WWW’s). Wat komt er in die berichten te staan? De belangrijke momenten die Mozes in zijn leven heeft meegemaakt. Dus de punten die jullie bij de vorige opdracht hebben genoteerd naar aanleiding van de film “The Prince of Egypt”.
Jullie kunnen de pagina ook qua uiterlijk helemaal aanpassen aan hoe jullie denken dat Mozes hem eruit zou laten zien.
De opdracht wordt via It’s Learning ingeleverd op de volgende manier:
Je zorgt dat de profielpagina openbaar is en zodat iedereen hem kan bekijken
Jullie leveren op It’s Learning beiden de link van de pagina in onder de opdracht [Mozes] en dat doe je door een Word document te uploaden met daarin de link opgenomen.
De opdracht wordt beoordeeld op de volgende punten:
Uiterlijk, zie de Hyve er aantrekkelijk uit?
Inhoud, hoe zit het met de profielinformatie, berichten, afbeeldingen etc.?
Teamwork, hebben beide leden even hard gewerkt aan de opdracht?
Enkele voorbeelden uit de klassen van Joost:
http://thewallmachine.com/bRW8dU.html
http://thewallmachine.com/sHVTjt.html
http://thewallmachine.com/X86a4P.html
De website kun je vinden met de volgende url:
http://thewallmachine.com/
Mobieltjes en actief leren
Leerlingen en in toenemende mate hun docenten kunnen niet meer zonder hun mobiel met internetverbinding. Om de haverklap worden ze tevoorschijn gehaald om te controleren wat er nu weer te melden viel. Docenten kunnen de vloedgolf proberen in te dammen, de kans dat het lukt lijkt me niet zo groot. Beter lijkt het me dan om uit te gaan van de stelling, dat als je ze niet kunt verslaan, je er de bondgenoot van moet worden. Omdat ik geen klassen meer heb, heb ik het volgende niet kunnen controleren, maar gezien de voorbeelden en het gemak waarmee er gewerkt kan worden, lijkt me Socrative een redelijke oplossing voor het mobieltjesprobleem.
Socrative is een – nu nog – gratis mogelijkheid om gebruikmakend van mobiele apparatuur die internetverbinding heeft spelelementen in het lesprogramma in te brengen.
Om dat in je eigen klas mogelijk te maken, moet je een account aanmaken via www.socrative.com.
Als het proces afgerond is , krijg je een ‘room number’, dat de leerlingen later moeten kiezen om een test te kunnen maken. Dat nummer kun je veranderen in wat je verder wilt: een naam, je eigen naam, of een ander getal bijvoorbeeld.
Je gaat als docent naar http://t.socrative.com; de leerlingen gaan naar http://m.socrative.com. De leerlingen word gevraagd een kamernummer in te vullen.
Ook als je nog geen testmateriaal in je account hebt opgeslagen, kun je er al mee werken. Je stelt mondeling een meerkeuzevraag of je schrijft die op bord. Je tikt op ‘multiple choice’ en de leerlingen krijgen de mogelijkheden At/mE voorgeschoteld. Hetzelfde gaat met goed/foutzinnen.
Kort antwoordvragen: Stel een vraag waarop een kort antwoord mogelijk is. Tik op ‘short answer’ Dat levert een antwoordruimte voor de leerling op zijn mobiel. Als je de leerlingen wilt laten stemmen op de beste antwoorden, tik dan op ‘Vote on responses’. Op het mobieltje van iedere leerling verschijnt een lijst met de gegeven antwoorden.
Quick Quiz: [eigen tempo]. Hierbij geef je de leerlingen een set vragen die al in Socrative staan. De eerste vraag is die naar hun naam. Als alle antwoorden in een test gegeven zijn, tik dan op ‘Live results’ om te zien wie geantwoord heeft en hoe die het deed. Als iedereen de test heeft gedaan, klik dan ‘End Activity & Send Report” Een excel spreadsheet met alle gegevens zal naar je gemaild worden. Meerkeuzevragen worden beoordeeld voor je en de totaalscore voor iedere leerling krijg je automatisch.
Space Race: Leerlingen gaan in kleine groepen van maximaal tien aan de slag om je opgeladen meerkeuzevragen te beantwoorden. Het team dat het verst in de toegewezen tijd komt, wint. Als je beslist dat de tijd voorbij is, klik de ‘End activity & send report’ knop, en je krijgt de spreekwoordelijke email.
Een test maken kan op twee manieren. De eerste is om alle werk in Socrative te doen en de test kort na het maken ervan te activeren. Kies MANAGE QUIZ en kies vervolgens CREATE QUIZ. De tweede manier houdt in dat je een Excelsjabloon invult. Kies MANAGE QUIZ . IMPORT A QUIZ.
Voorbeeld 1 – De vorige les hebben de leerlingen ‘Volle Maan’ gezien. Je hebt de volgende vraag: Wie van de hoofdpersonen zou jouw vriend niet kunnen zijn? [Je moet later wel kunnen uitleggen waarom niet!]
Hans
Andrea
Gothic
Esmee
Rick
De resultaten worden geprojecteerd en besproken. Wat het oplevert is een duidelijk idee over wat leerlingen onder vriendschap verstaan.
Voorbeeld 2 : je hebt een onderdeel van een groter geheel afgerond. Je hebt een test voorbereid en laat die door de leerlingen maken alvorens met het volgende onderdeel te beginnen. Aan de hand van het emailrapport kun je snel bepalen welke gebieden nog nadere aandacht verdienen en hoe de leerlingen sinds de vorige les zijn vooruitgegaan.
Voorbeeld 3: evaluatie aan het eind van de les:
De leerlingen moeten op basis van een reeds aanwezige enquête hun naam invullen, gevoelens over het thema formuleren en in eigen woorden vertellen wat volgens hen de doelstellingen van die les waren. Ook deze uitkomsten worden je toegezonden.
Wanneer is je klaslokaal achteropgeraakt?
De ontwikkelingen in het onderwijs gaan erg snel. Er is de afgelopen tien jaar meer in onderwijsmogelijkheden veranderd dan de dertig jaar daarvoor. Het betekent dat docenten de vinger aan de pols moeten blijven houden om bij te blijven bij de veranderingen die zich aandienen. Een Amerikaanse weblog over the teacher learning community heeft zeventien tekens dat je klaslokaal in de tijd is achtergebleven bijeengezet. Een mooie lijst om voor jezelf na te gaan, waar je wel en waar je nog niet geslaagd bent. En tegelijk ook om er kritisch naar te kijken. Want hoezeer ik de moderne technische mogelijkheden ook omarm, tot mijn allerlaatste les heb ik van bord en krijt en borstel gebruik gemaakt. En wat lees ik als teken drie:
3.) You still have chalk. Or a Dry Eraser.
So what!
De lijst:
1.) Your students turn in their homework on printed paper…instead of digitally.
2.) For poster assignments, your students need glue, construction paper, and scissors… instead of using an online tool like Glogster.
3.) You still have chalk. Or a Dry Eraser.
4.) You try to pull up a web resource on your computer to show the class and you receive a “This website has been blocked” message.
5.) You cross your fingers every time you try to connect to the network to access the internet.
6.) You don’t get interrupted by a cell phone ring, text message, or tweet alert at some point during the school year.
7.) You spend most of your class time lecturing students… rather than getting them collaborating and learning from each other.
8.) You have a set of Encyclopedias.
9.) You consider using a PowerPoint presentation as satisfying the need to integrate technology in the classroom.
10.) You create more content than your students do.
11.) Your students aren’t teaching you something new (likely about technology) at least once a day.
12.) You don’t have a classroom website or blog to post class information, homework assignments, and parent information online.
13.) You don’t have a classroom set of computers, netbooks, ipads or other device for group work.
14.) You don’t find at least one thing to call the IT department about every week.
15.) A student has never requested to complete a project using a new digital tool you’ve never heard of.
16.) You’ve never used or heard of: Collaborize Classroom, Prezi, Evernote, Glogster, MyFakeWall, Typewith.me, Storybird, JayCut, Wordle, or Tiki-Toci.
17.) You’ve never attended a FREE SimpleK12 webinar or joined the Teacher Learning Community.
Wie verder wil snuffelen op deze webstek of een commentaar wil plaatsen:
http://blog.simplek12.com/education/17-signs-your-classroom-is-behind-the-times/
Facebookpagina levensbeschouwing
Op de door Bart – neem ik aan – op Facebook aangemaakte pagina levensbeschouwing http://www.levensbeschouwingalskunst.nl. kom je een grote variatie aan foto’s, cartoons, links naar video’s en websites tegen. Als er regelmatig een bezoek aan brengt, kom je zeker iets tegen wat van je gading is. Jammer is dat alleen de actuele zaken zichtbaar zijn. Er is volgens mij geen mogelijkheid om met trefwoorden meerdere berichten over hetzelfde op te zoeken. Dat zou het gemakkelijker maken om op ideeën voor lesonderdelen gebracht te worden.
Wat de interactiviteit zou kunnen vergroten – op voorwaarde dat meerdere mensen zich daartoe geroepen voelen – is anderen de mogelijkheid geven om ook levensbeschouwelijke berichten te plaatsen. Per slot van rekening zien meerdere mensen meer dan een persoon. Al moet ik wel zeggen dat ik er de voorkeur aan zou geven dit soort van zaken via een weblog of wiki te presenteren vanwege de mogelijkheid om van bepaalde zaken een overzicht te kunnen krijgen.
Ter vergelijking: de rechterkolom op onze webstek laat een groot aantal categorieën zien. Iedere bijdrage wordt gekoppeld aan een of meer categorieën. Als iemand op een van de categorieën rechts klikt, krijgt hij een overzicht van alle bijdragen die op de een of andere manier met dit onderwerp te maken hebben. Wil je variëren in lesmateriaal dan is de kans aanwezig dat je er iets kunt vinden.
In die zin is in mijn optiek Facebook en mogelijk ook Twitter minder geschikt voor levensbeschouwing. Het gaat bij deze media om zaken van het moment, die op een beperkte wijze moeten worden weergegeven. Ik merk het aan mijn eigen facebookaccount. Als ik door omstandigheden een week niet kijk, heb ik waarschijnlijk honderden items gemist, maar ik voel geen behoefte om daar nog in te duiken. Wil ik iets ‘weten’ van een ‘vriend’, dan kan ik diens naam intikken en een eind de geschiedenis ervan volgen, totdat het programma het weer voldoende vindt en ermee ophoudt.
Dit geldt in nog sterkere mate voor een twitteraccount levensbeschouwing: levensbeschouwing kan ik niet in 160 tekens zinvol aan de orde stellen. Waar een foto vaak meer is dan duizend woorden, mits goed gekozen, is een tweet een vorm van oneliner-isme dat alle subtiliteit, nuance of diepzinnigheid mist.
Ik ben er van overtuigd, dat op een goede manier ingezet een twitteraccount in de klas een mooie bijdrage kan leveren aan een discussie, maar omdat levensbeschouwing voor mij meer over dialoog en wederzijds begrip gaat, verwacht ik er vooralsnog niet te veel van.
Bloggende docenten 2
Bloggende docenten
In LIA 175 verwees ik maar een blogpost van Steve Wheeler, die zeven redenen aangaf waarom docenten zouden moeten bloggen.
Bart Hoogendijk reageerde daarop:
“Over bloggende docenten en het vak levensbeschouwing. Misschien niet expliciet gericht op de docent levensbeschouwing maar zeker wel verwant (bijvoorbeeld mijn 365-dagen-project over levensbeschouwing op straat): www.levensbeschouwingalskunst.nl.
Een playground op Facebook: www.facebook.com/levensbeschouwing
Youtubekanaal: www.youtube.com/levensbeschouwing
Twitter: @lb_als_kunst
Een levendige Linked-in groep lijkt wel iets voor de VDLG.
Materiaal delen gaat prima via de community levensbeschouwing op Kennisnet/Digischool, beheerd door Nick Zwart, die bovendien gekoppeld is aan Wikiwijs. Alleen de deelname is wat laag.”
Indrukwekkend
Wie de door Bart genoemde links natrekt vindt enkele opmerkelijke en interessante zaken. Laat dat even duidelijk zijn. In levensbeschouwing op straat laat hij via vooral foto’s zien dat levensbeschouwing overal te zien en te vinden is. Het idee om 365 dagen vol te maken met verwijzingen naar levensbeschouwelijke zaken is een vondst van jewelste.
Het kan zo een opdracht voor leerlingen worden: iedere leerling zorgt in de loop van het jaar voor een voor hem/haar treffende afbeelding, die opgeladen wordt naar een centrale plek binnen de elo of een buitenschools blog.
Het zou ook goed kunnen met de vraag om een levensbeschouwelijk motto, waardoor een reeks inspirerende teksten door leerlingen bijeengebracht een soort jaarkalender kunnen vormen. Op een blog of wiki gezet kunnen andere leerlingen er een reactie op plaatsen, een eigen reflectie.
Wat Bart aanstipt en zelf ook uitvoert (zie volgende bijdrage) is niet wat ik met bloggende docenten bedoeld heb. Het gaat niet om het uitwisselen van materialen e.d. Hoe belangrijk dat ook is, ervaring wijst uit, dat wat bij de ene docent werkt het bij de andere niet doet. Wat ik hoop is dat docenten levensbeschouwing professionals zijn die ook nadenken over het waarom en waartoe van hun vak, die zich vragen stellen bij hun eigen didactiek, die luisteren naar wat leerlingen over levensbeschouwing als verschijnsel en als vak te vertellen hebben.
Waar ik nog steeds voor pleit is een forum waar docenten hun licht laten schijnen over zaken die ze als docent levensbeschouwing hebben meegemaakt, overdacht, uitgeprobeerd. Niet de uitwisseling van materialen, maar de uitwisseling van reflecties eventueel over het gebruik van die materialen is daarbij voor mij primair. We lopen allemaal weleens met onze kop ergens tegenaan. Daarover schrijven en hopen dat anderen daar iets mee doen zou de docent en het vak goed doen, is mijn overtuiging. Ik heb een aantal uitgangspunten als docent levensbeschouwing: als ik die als bloggende docent zou uitschrijven en anderen reageren daarop, kan mijn horizon verruimd worden in plaats van dat ik me ingraaf voor een ordinaire stellingenoorlog.
Ik hoop dat het bestuur van de VDLG het eerder genoemde artikel nog eens ter hand zal nemen en zich buigt over de mogelijkheid om hier iets mee te doen.
Remind 101
Wie geen toegang tot een elo heeft of een andere manier om leerlingen collectief te benaderen en toch snel in contact wil komen met de leerlingen of ouders van een klas, kan mogelijk iets hebben aan de volgende dienst.
Ook mogelijk geschikt voor docenten die het gevoel hebben dat hun leerlingen slecht kijken op de berichten van de elo!
• Je tekent in bij remind101
• Je maakt een klas – dat kunnen de leerlingen zijn, maar ook de ouders van een klas, bijvoorbeeld als je ouder bent.
• Je krijgt te horen van het systeem nar welk nummer de betreffende mensen een sms met een bepaald bericht moeten sturen.
• Je geeft beide gegevens aan de mensen die het nodig hebben
• Als zij een bericht sturen komen ze op een lijst te staan die bij die code hoort.
• Je ziet wel de namen van de mensen, maar niet hun mobiele nummers, zij zien die van jou ook niet.
• Als je een bepaalde klas een bericht wil sturen, ga je naar de webstek, logt in, kiest de klas en stuur je een bericht, dat keurig ontvangen wordt door de betreffende leden van die groep.
Op dit moment is de dienst gratis en simpel te gebruiken.
Maak een DISC test
Het maken van allerlei soorten tests is een nationaal tijdverdrijf, lijkt het wel. Ik merk in ieder geval dat mijn leerlingen er echt eens voor gaan zitten als ik hen met een test confronteer, die hen wat meer inzicht in zichzelf kan geven. Sommige tests passen goed bij een bepaald thema, waardoor het later gemakkelijker voor de leerling is erover te reflecteren. Andere tests zijn aardig in de studieles, maar ook aan het eind van het jaar, als er nog wat tijd overgebleven is of de tijd om met iets nieuws te beginnen eigenlijk te krap is, kan een test uitkomst bieden.
De uitleg bij de DISC-test:
“Met deze DISC test kun je snel je persoonlijk profiel volgens het DISC model van Dr William Marston bepalen. Ontdek hoe de vier DISC gedragsstijlen Dominant, Invloed, Stabiel en Consciëntieus je houding jegens anderen en je dagelijkse gedrag voorspellen.
In het rapport van deze DISC test vind je een grafiek die jouw DISC profiel weergeeft plus een kernachtige typering van je persoonlijkheid. Ook vind je er uitgebreide uitleg over alle DISC factoren.
De DISC vragenlijst bestaat uit 25 blokjes van telkens vier stellingen. Invullen duurt vier tot vijf minuten.
DISC test instructie
Lees telkens alle stellingen in een blokje aandachtig
Kies vervolgens een stelling die je het meest bij jou vindt passen()
Lees dan de overige drie stellingen in hetzelfde blokje
Kies dan de stelling die je het minste bij jou vindt passen()
Per blokje van vier stellingen moet je dus een het meest bij jou passend en een het minst bij jou passend hebben gekozen.
Soms is het moeilijk om te kiezen. Maak dan toch je keuze zoals jij vindt dat het het beste bij je past. Er zijn geen goede of foute antwoorden in deze DISC test en voor alle blokjes moet je de keuzes maken.”
Als je de test gedaan hebt, krijg je op je mail de uitslag met uitleg toegezonden. Uiteraard heb ik de test zelf ook gemaakt en in de uitleg die erbij gegeven werd, kon ik heel wat trekken van mezelf herkennen.
De test is te vinden op http://www.123test.nl/disc-test/
Wikipedia op een andere manier
Iedereen maakt weleens gebruik van webstekken als wikipedia. Vooral leerlingen kunnen er ongegeneerd informatie plukken, die ze graag als zelf vergaard aan docenten willen presenteren. De toenemende mogelijkheden van internet leveren op dit terrein ook nieuwe experimenten op. Een goed voorbeeld daarvan is Qwiki. Wie een onderwerp in het Engels intypt, krijgt – indien aanwezig – een serie miniaturen naast elkaar te zien, een tekst erboven en een vrouwenstem die de tekst voorleest; ondertussen worden de miniaturen als grotere afbeeldingen getoond.
Behalve de informatie in beeld en geluid verschijnen er ook kadertjes met gerelateerde onderwerpen. Als je eerder gekozen onderwerp klaar is, verschijnen er ook deelaspecten van dat onderwerp. Ik tik ‘easter’ in en krijg de summiere informatie erover. daarna kan ik nog kiezen uit quattrodecimanism, passover, reform of the date of easter, chronology of Jesus, easter controversy, computus, resurrection of Jesus en Anno Domini.
Wie een eigen webstek of blog heeft, kan het onderwerp ook via een embedtag op de eigen site opnemen.
Wie voor een onderwerp eerst gebruikmaakt van de in LIA 168 aangeprezen wikimindmap en vervolgens de diverse mogelijkheden ook nog eens in qwiki opzoekt, krijgt een schat van informatie, voorzien van de nodige afbeeldingen. Wie leerlingen uit wil dagen om verder te gaan dan de oppervlakte heeft met deze webstek een goed gereedschap in handen.
Op nieuwe ideeën komen
Wie met een bepaald onderwerp aan de slag wil gaan, probeert zoveel mogelijk invalshoeken en aspecten te bedenken, alvorens de eerste zin op papier te zetten. Vroeger deden we dat op een kladblaadje, momenteel gebruiken we er een mindmap voor. Dat levert een aardig plaatje op van allerlei zaken die we in het oog moeten houden bij het aanpakken van ons onderwerp.
Nu is er ook een wikimindmap. Je kiest voor een van de wikipedia’s die we in velerlei talen hebben. Dus wij nemen de Nederlandse uitgave. In het zoektermenvak typen we ons onderwerp en enkele seconden later komt er een mooie lijst uit met allerlei termen die in de wikipedia aan dit onderwerp gekoppeld worden. Dat levert soms onvermoede en verrassende resultaten op, die je een heel andere kant op kunnen sturen dan je aanvankelijk gedacht hebt.
Behalve voor docenten lijkt het me ook te gebruiken door leerlingen in de tweede fase, die op zoek zijn naar een meer originele invalshoek bij het schrijven van een levensbeschouwelijk opstel of andere opdracht.
http://www.wikimindmap.org/
Werken met Sign Generator
Als je de strekking van dit artikel in een fortune cookie uitspraak zou moeten vatten, hoe ziet die er dan uit?
Wat zou je op de zijkant van een vrachtwagen zetten om te vertellen wat je levensbeschouwelijke motto is?
Als je een t-shirtopdruk zou moeten maken, dat een levensbeschouwelijke strekking heeft, wat zou het dan worden?
Je hebt een plaatje van de Beatles en een tekstballonnetje, wat zou je hen dan levensbeschouwelijk willen laten zeggen?
Deze vragen en tientallen andere zijn te stellen aan leerlingen en het aardige is dat ze ook praktisch uit te voeren zijn. Op de onderstaande webstek is een ‚sign generator’ te vinden die dat mogelijk maakt.
Je gaat naar de webpagina, kiest een van de miniaturen uit, klikt erop en voert op de aangegeven plek de door jou gemaakte tekst in. Vervolgens gaat het programma aan het werk en je werk verschijnt naast het origineel. Je dowload je werk naar je bureaublad en je kunt het overal als illustratie in verwerken.
Een mooie werkvorm lijkt me om iedere leerling als huiswerk zo’n opdracht mee te geven, hen te vragen die centraal digitaal in te leveren, ze snel in een powerpoint te zetten en de volgende les de uitkomsten van de klas te laten zien, becommentarieren, uit te leggen en er samen om te lachen.
Er zijn meer dan 50 mogelijkheden als basis voor een tekst. Leerlingen kunnen er zeer creatief in zijn.
Minder kopzorgen met Dropbox
Wie heeft het volgende nooit meegemaakt?
– Je hebt een bestand op je computer gemaakt voor de volgende les, maar vergeten het mee te nemen;
– Je hebt een bestand op je computer gewijzigd, maar vergeten het op je usb-stick te zetten, dus werk je nog met het ongewijzigde exemplaar;
– Je hebt een bestand nodig op je usb stick, maar die is zo klein dat je hem thuis hebt laten liggen;
– Je hebt op een schoolcomputer in een tussenuur een worddocument gemaakt, je werd door een collega gestoord met een uiteraard belangrijke vraag en een dag later weet je niet meer op welke computer het bestand is opgeslagen.
Als deze en soortgelijke ervaringen je onbekend zijn, hoef je eigenlijk niet verder te lezen, want dan heb je verder niks nodig. Maar het kan ook zijn, dat je in je sectie elkaar wilt helpen met uitgewerkte werkvormen, toetsen, extra materialen en die voortdurend naar elkaar mailt. Of je werkt samen met enkele andere collega’s in den lande en hebt beloofd relevant materiaal aan elkaar ter beschikking te stellen.
Dan is het misschien toch aardig om eens naar Drop Box te kijken.
Dropbox bestaat uit twee onderdelen: een programma dat je moet downloaden en een account op de dropboxservers. Ik heb twee computers thuis en een computer op school. Ik maak een dropbox account aan via internet. Ik download het programma op iedere computer die ik ervoor wil gebruiken en stel de daarmee gemaakte dropboxmap in op de dropbox account. Elke keer dat ik een bestand in een van de dropboxmappen plaats of een bestand naar de dropbox account op internet upload, zie ik het bestand zowel op de door mij gekozen computers als op het internet verschijnen.
Bestanden die ik voor school nodig heb, plaats ik in een dropboxmap. Zodra er toegang tot internet is, synchroniseert Dropbox de bestanden op de verschillende computers. Valt een computer tijdelijk uit, dan kan ik aan bestanden op de andere computer werken. Ben ik op school of elders, waar een internetverbinding is, dan kan ik via de dropbox account mijn dierbare bestanden openen en de leerlingen ermee lastig vallen.
Als ik met anderen samenwerk of anderen wil laten delen in mijn bestanden, dan kan ik via de share functie op internet mappen openzetten, niet voor de hele wereld, maar voor mensen die een e-mailbericht ontvangen hebben, dat mijn map over ‘levensbeschouwing’ met hen gedeeld wordt. Zij hebben dan via de hen toegezonden link toegang tot de gedeelde bestanden, die ze kunnen openen, wijzigen en verwijderen. Als eigenaar van de account kan ik te allen tijde de uitnodiging voor de gedeelde bestanden intrekken.
Mensen die in een sectie of werkverband samenwerken en bestanden willen delen, zouden een aparte Dropbox account kunnen openen, waar alleen de relevante bestanden in staan en via het downloaden van het Dropbox programma, dat verwijst naar de account heeft iedereen dezelfde mogelijkheden. Is het verband niet meer nodig, dan kan de dropbox account ook opgeheven worden.
Dropbox is gratis tot 2 gigabite. Wie meer wil aan ruimte of extra mogelijkheden, moet gaan betalen. Wie een account wil openen, dan dat via de volgende link.
Werken met een digitale tijdlijn
Docenten houden er vaak van zaken in een chronologische volgorde te zetten. Dat kun je doen met jaartallen, met gebeurtenissen, met biografische gegevens en zo meer.
Docenten laten die tijdlijn vaak door leerlingen maken. Dat gebeurt dan met papier en potlood of pen; het gebeurt soms op de computer en nu kan het ook voor niets op het internet.
Op de webstek Preceden kun je mooie en duidelijke tijdslijnen maken.
Je schrijft je in en kunt aan de slag. De tijdlijn die je maakt, kan allerlei gebeurtenissen bevatten, bijvoorbeeld een biografie. Bij het invullen van de gebeurtenis kun je de nodige extra informatie meegeven, die getoond wordt als je met de cursor over de gebeurtenis gaat. Een docent kan daarmee leerlingen verplichten meer informatie te geven dan een datum en een gebeurtenis, maar ook een kort verslag, de belangrijkste hoofdpersonen e.d.
Om de zaak niet te ingewikkeld te maken kun je lagen toepassen. Bij een biografie bijvoorbeeld: een laag voor de relaties, woonplaatsen, schoolleven, hobbies in de loop der jaren, etc.
In het onderwijs zou je leerlingen enkele tijdlijnen naast elkaar kunnen laten maken, bijvoorbeeld gebeurtenissen in de geschiedenis van jodendom, christendom en islam naast elkaar.
In eerste instantie zijn de tijdlijnen privé, maar ze kunnen ook publiek gemaakt worden of beperkt worden met een wachtwoord, dat aan een bepaalde groep mensen is meegedeeld.
Wie ermee gaat werken en zijn tijdlijnen publiek maakt, vraag ik vriendelijk die door te geven, zodat we collegae ook levensbeschouwelijke tijdlijnen kunnen laten zien.
Je vindt de webstek hier.
Wallwisher, een digitaal plakbord
Een zeer actieve collega op ict gebied, Margreet van den Berg, verrast ons regelmatig met interessante vondsten die de moeite van het proberen in de klas waard zijn. Haar laatste staat hieronder:
“Wallwisher is een programma waarmee je een digitale aanplakmuur kunt maken. Best handig, als je met een groep mensen op verschillende plaatsen een discussie wilt voeren of een brainstorm wilt organiseren. Maar ook voor gebruik in (laptop-)klassen, al dan niet in combinatie met een digibord of beamer, kan Wallwisher goede diensten bewijzen.
Tijdens een les kan je heel makkelijk en snel reacties vragen van leerlingen, zonder ze allemaal afzonderlijk aan het woord te laten. Handig dus voor een brainstorm.
Wallwisher is ook handig als je leerlingen opdracht hebt gegeven om iets op te zoeken: een plaatje of een tekst. Met Wallwisher krijg je alle antwoorden netjes bij elkaar. Je kunt ook na afloop van een lessenserie leerlingen de opdracht geven om eventuele vragen over dat hoofdstuk achter te laten op de muur. Afhankelijk van het aantal vragen en de moeilijkheidsgraad van de vragen kan je de leerlingen individueel of in groepjes antwoord laten geven op elke vraag.
Wil je leerlingen een betoog laten schrijven? Vraag ze in de week daaraan voorafgaand om argumenten pro en contra te bedenken en laat ze die posten op de muur. Het schrijven van het betoog zelf wordt daarmee een stuk makkelijker!
Wallwisher leent zich ook voor het evalueren van een lessenserie of een cursus: wat vonden de leerlingen leuk en wat zouden ze op een andere manier willen leren?
Als je leerlingen een filmpje hebt laten publiceren op internet, een foto of een audiobestand, dan kan je een link daarnaar opnemen in een berichtje. Zo stel je een prachtig klasse-portfolio samen van de creatieve uitingen van je klas.
Laat leerlingen voor de bespreking van een boek, een gedicht of een artikel een bericht op de muur plakken, eventueel voorzien van een link naar een afbeelding of een uitspraak o.i.d. die daarbij aansluit.
Wallwisher kent ook een aantal beperkingen. Je kunt per bericht maximaal 160 tekens gebruiken, net zoveel dus als bij een SMS-bericht. Dat dwingt je om je tot de kern van de zaak te beperken, maar voor wie diep op de zaken in wil gaan, zal 160 tekens vaak echt te weinig zijn. Een ander nadeel van Wallwisher is dat je de informatie niet kunt exporteren naar een ander bestand of uit kunt printen. Je zult dus altijd online moeten zijn om die informatie te bekijken.”
[bron: http://ict-en-onderwijs.blogspot.com/2010/02/walwisher-interactief-aan-de-slag.html ]
Een voorbeeld van eigen makelij is op de volgende plek te vinden: