Het geheim van geluk

Geluk vinden is een van de moeilijkste opdrachten die mensen zichzelf opgeven. Want wanneer vind je dat geluk? En het belangrijkste: hoe vind je geluk? Geluk is voor ieder mens anders. De een wordt gelukkig van het zien van een bijzondere bloem, auto of film. De ander van familie of vriendschap. Geluk is niet iets wat op een dag voor je deur staat om het te kunnen ontvangen. Geluk is zeker geen toeval. Gelukkig worden kun je alleen maar zelf regelen. Geluk vinden dus ook. Maar dat is moeilijk want mensen zijn gewend zichzelf altijd te vergelijken met anderen, en te streven naar perfectie. En misschien moet dat juist even worden weggelaten om ruimte te maken voor geluk. Want geluk betekent niet dat alles perfect is, het is puur blij zijn met wat je hebt en waar je van houdt. En toch… is dat het dan? Er zijn zoveel mensen die blij zijn met wat ze hebben. Maar zijn zij ook gelukkig? Is geluk niet veel groter of ingewikkelder? Wat is het geheim van geluk?

Een verhaal:

Een koopman stuurde zijn zoon naar de wijste aller wijzen om het geheim van het geluk te leren kennen. De jongen liep veertig dagen door de woestijn, tot hij bij een prachtig kasteel boven op een berg kwam. Daar woonde de wijze die de jongen zocht. Maar in plaats van een heilige aan te treffen, stapte onze held een zaal binnen waar een enorme bedrijvigheid heerste: kooplui liepen in en uit, in alle hoeken stonden groepjes mensen te praten, een klein orkest speelde lieflijke melodieën, en er was een rijke dis aangericht met de verrukkelijkste gerechten uit dat deel van de wereld. De wijze praatte met iedereen en de jongen moest twee uur wachten voor hij aan de beurt was. De wijze luisterde aandachtig naar de reden van de komst van de jongen, maar zei dat hij op dat moment helaas geen tijd had om hem het geheim van het geluk uit te leggen. Hij stelde hem voor een wandeling door het paleis te maken en twee uur later terug te komen. “Ik wil je echter wel iets vragen,” zei de wijze tot slot, terwijl hij de jongen een theelepel overhandigde waaraan twee druppels olie hingen. “Ik wil je vragen deze lepel onder het lopen zo vast te houden dat de olie er niet afvalt.” De jongen begon de trappen van het paleis op en af te lopen, met zijn ogen strak gericht op de lepel. Na twee uur keer hij terug naar de wijze. “En,” vroeg die, “heb je de Perzische tapijten in de eetkamer gezien? En de tuin waarover de meester der hoveniers tien jaar heeft gedaan? En de schitterende perkamentrollen in mijn bibliotheek?”

Beschaamd bekende de jongen dat hij niets gezien had. Zijn enige zorg was geweest de druppels olie niet te morsen die de wijze hem had toevertrouwd. “Ga dan terug en maak kennis met de wonderen van mijn wereld,” zei de wijze. “Je kunt een man niet vertrouwen als je zijn huis niet kent.”

Al wat kalmer geworden pakte de jongen de lepel en begon opnieuw door het paleis te wandelen, maar dit keer lette hij op alle kunstwerken die aan het plafond en de muren hingen. Hij zag de tuinen, de bergen rondom, de pracht van de bloemen, de geraffineerde plaatsing van de kunstwerken. Toen hij terugkwam bij de wijze bracht hij gedetailleerd verslag uit van wat hij had gezien. “Maar waar zijn de twee druppels olie die ik je heb toevertrouwd?” vroeg de wijze. De jongen keek naar de lepel en merkte dat hij die gemorst had.

“Dit nu is de enige raad die ik je kan geven,” zei de wijste aller wijzen. “Het geheim van het geluk schuilt in het kijken naar alle wonderen van de wereld zonder ooit de twee druppels olie op je lepel te vergeten.”

Uit: De alchemist, Paulo Coelho

Onmogelijk! Is het eerste wat ik dacht, na dit verhaal. Een mooi verhaal is het, maar onuitstaanbaar. Hoe is geluk nu te vinden volgens de tekst? NIET! Hoe kun je de olie op je lepel in de gaten houden en tegelijkertijd de wonderen van de wereld volgen?

Toch wel: Balans, was mijn conclusie. Er moet evenwicht zijn tussen de lepel en de wereld. Je moet niet alleen een levensgenieter zijn, die niets om regels geeft en alleen maar doet wat hij wil zonder ooit verantwoording te nemen. Ook niet alleen de keurige zakenman die niets anders doet dan werken, werken en werken om láter als hij met pensioen zal gaan te genieten van zijn leven. Maar een tussenvorm zien te vinden. Een mens proberen te zijn die geniet van het leven, maar ook verantwoordelijkheid op zich durft te nemen en denkt aan de mensen om hem heen. Overal moet je als mens eigenlijk een balans in zien te vinden. Tussen gezond en ongezond eten, tussen je goede en slechte eigenschappen, tussen je lichaam en je geest, kortom een balans in heel je leven.

Omdat te kunnen bereiken moet je jezelf goed kennen, zodat je juiste keuzes kunt maken. Positief denken lijkt me ook belangrijk bij het op zoek gaan naar geluk. Als je positief blijft stimuleert je dat om door te zetten. Je laten inspireren of helpen door mensen om je heen helpt misschien ook bij het zoeken van geluk, en naar het vinden van balans. Misschien is het geheim van geluk een lastige opgave, die je alleen samen kunt oplossen. Want als de één nu de lepel in de gaten houdt, kun jij genieten van de wereld en af en toe wissel je eerlijk om.

[Aniek W. V5 2007]